Toscane

Toscane: situering

De regio Toscane is gelegen in midden-Italië met Firenze als hoofdstad. Ze grenst in het noorden aan de regio's Liguria en Emilia Romagna, in het oosten aan de Marche en Umbria, in het zuiden aan de regio Lazio en in het westen aan de Ligurische en Tyrreense Zee.

Toscane heeft eigenlijk geen introductie nodig. Het is de bakermat van de Italiaanse taal, literatuur, kunst en wordt terecht beschouwd als de geboorteplaats van de Italiaanse Renaissance, Firenze voorop. Er zijn maar weinig gebieden in Europa die zo tot de verbeelding spreken als Toscane.

Het culturele toerisme speelt zich af o.a. in de steden Firenze, Pisa, Lucca, San Gimignano, Cortona, Volterra en Siena.

Toscane


Toscane

Het kusttoerisme bevindt zich vooral in de zuid-Toscaanse Maremma streek. De stad Castiglione della Pescaia is er de meest bezochte bestemming, gevolgd door Grosseto, Orbetello, Monte Argentario (met Porto Ercole en Porto Sante Stefano) en de eilanden Elba en Giglio voor de Maremmaanse kust. De rest van het Toscaanse kusttoerisme speelt zich vooral af in Viareggio en Forte dei Marmi (provincie Lucca) en in de kuststeden van de provincies Pisa en Livorno.

Voor het wijntoerisme zijn de drukst bezochte plekken de Chianti streek (Gaiole in Chianti, Castellina in Chianti, Greve in Chianti, Radda in Chianti, Castellina in Chianti), Montalcino, Montepulciano, San Gimignano, Bolgheri en de Maremma (met o.a. de Montecucco, Scansano, Pitigliano, ...).

Toscane heeft 120 natuurreservaten en wordt vaak gezien als een van de mooiste delen van Italië. De regio wordt ook volop gepromoot voor het agri-toerisme.


Toscane: de ideale locatie voor wijnbouw

Het lieflijke en heuvelachtige Toscaanse landschap is niet alleen prachtig om te zien, het beschikt ook over de optimale klimatologische en geologische omstandigheden voor het maken van kwaliteitswijnen.

In Toscane heerst aan de kust een gematigd mediterraan klimaat, in het binnenland een landklimaat en in de berggebieden van de Apennijnen, de Colline Metallifere en de Monte Amiata een typisch bergklimaat.

De vele heuvels en bergen (goed voor 80% van de landoppervlakte!) zorgen voor een maximale zonexpositie in de wijngaarden maar door de hoogte ook voor voldoende afkoeling in de warme zomers. De verschillen tussen dag -en nachttemperatuur verrijken de druiven met elegante aroma's en goede zuren. 

De Tyrreense Zee, de meren en de rivieren hebben ook een matigende invloed op het klimaat. In de winter beschermen ze tegen de vrieskou en in de zomer zorgen ze voor verkoeling en voldoende neerslag.

De samenstelling van de Toscaanse bodems is zeer gevarieerd en complex met o.a. mergel, leem, klei, zand, kalksteen, dolomiet, tufsteen, lava en ander vulkanisch gesteente. 

Een groot deel van Toscane bezit een bovendien een bijzondere bodemstructuur die bestaat uit galestro (mengsel van leisteen en mergel) en alberese (mengsel van niet-gelaagde kalksteen, geharde mergel en klei). Dit zijn beide stenige bodems met een hoog gehalte aan mineralen en alkaliniteit.

Toscane galestro

Toscane alberese

Toscane

Galestro en alberese zijn weinig vruchtbare bodems waardoor de wijnstokken diep moeten groeien op zoek naar water en voedingsstoffen. In zulke moeilijke omstandigheden draagt de wijnstok niet veel bladeren en produceert hij een lage opbrengst aan druiven. Maar omdat er minder zijn, ontwikkelt elke druif meer geconcentreerde smaken. Met minder schaduw van een groot bladerdak kunnen ze bovendien goed rijpen. Deze specifieke bodemtypes tillen zo de kwaliteit van de druiven én de wijn naar een hoger niveau.

Toscane: een lange wijnbouwtraditie

De Etrusken legden al rond de zevende eeuw v.C. de basis voor de Toscaanse wijncultuur en maakten van wijn een belangrijk handelsproduct. De Romeinen veroverden het gebied rond de derde eeuw v.C. en gaven een belangrijke volgende impuls aan de wijnbouw, zowel op het Italiaanse schiereiland als verder in Europa. Na de ondergang van het Romeinse Rijk verdween de Toscaanse wijnbouw echter bijna volledig. Pas vanaf de late middeleeuwen bloeide ze weer op onder impuls van enkele Toscaanse adellijke families die nog steeds met de Toscaanse wijn zijn verbonden. 

In de 18de eeuw was de Toscaanse wijnindustrie zeer belangrijk o.a. door het wijndecreet uit 1716 van hertog Cosimo De'Medici dat een aantal wijngebieden vastlegde (o.a. Chianti en Carmignano), evenals voorschriften waaraan de wijnen moesten voldoen. Dit decreet is één van de oudste voorbeelden van wijnwetgeving. De wijnbouw floreerde en de Toscaanse wijnen werden tot ver in Europa geëxporteerd.

In de 2de helft van de 19de eeuw werd de Europese wijnbouw getroffen door drie plagen die Europa binnenkwamen via de import van Amerikaanse druivenplanten: de "echte" en "valse" meeldauw (schimmelziektes) én de druifluis of phylloxera. Tegen de schimmels vond men snel een efficient bestrijdingsmiddel, maar de aanvallen van phylloxera op de wortelstokken waren desastreus. Men vond geen bestrijdingsmiddel en het grootste deel van de Europese wijngaarden werd vernietigd . De redding kwam echter, zeer ironisch, van de Amerikaanse wijnstokken die resistent bleken tegen de druifluis! De wijngaarden werden heraangeplant met Amerikaanse onderstokken waarop de Europese, in casu Toscaanse druivenrassen werden geënt. Deze techniek wordt nog steeds overal ter wereld toegepast want de phylloxera is nog steeds actief. Enkel de wijngaarden op grote hoogte gelegen of op vulkanische bodem of zandgronden werden gespaard. 

Het duurde tot na de Eerste Wereldoorlog om alle wijngaarden opnieuw aan te planten en men koos vooral voor sterke rassen die veel druiven opleverden. Dus voor kwantiteit en niet voor kwaliteit, waardoor vele autochtone rassen werden vergeten en verdwenen. 

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden onder het fascistisch bewind van Mussolino veel wijngaarden opnieuw gerooid om er graan op te verbouwen om het leger te voeden.

Na WO II bleef de toestand van de Italiaanse wijnbouw nog lang erbarmelijk: weinig kwalitatieve wijngaarden, slechte hygiëne in de wijngaard en wijnkelders, schaarste aan proper water, té oude en beschimmelde houten vaten en achterhaalde wijnbouwtechnieken. 

In de jaren 1960-70 werd de wijnbouw hervormd en gemoderniseerd dankzij de steun van de Europese Unie maar de nadruk lag opnieuw vooral op kwantiteit in plaats van kwaliteit. Het grootste deel van de wijnproductie was voor lokaal verbruik en in het buitenland stond Italiaanse wijn tot de jaren 1980 vooral gekend als eenvoudig en goedkoop. Slechts een klein deel kon geëxporteerd worden als kwaliteitswijn (Barolo, Brunello...). 

Het "methanol schandaal" in 1986 waarbij sommige producenten giftige methanol aan de wijn toevoegden om het alcoholgehalte te verhogen, was het absolute dieptepunt voor de Italiaanse wijnreputatie en wijnexport. Het schandaal betekende echter ook het keerpunt voor de Italiaanse wijnbouw! Serieuze wijnmakers vonden dat het tijd was voor verandering: meer nadruk op kwaliteit en nieuwe technieken. Aan deze "wijnrenaissance", die het internationale imago van Italiaanse wijn sterk verbeterde, heeft vooral Toscane bijgedragen.

De wijnrenaissance begon in Toscane zelfs al vóór het wijnschandaal, in de jaren 1970-80 in de Bolgheri regio. Daar begon men wijnen te maken naar het voorbeeld van de Bordeaux wijnen uit de Franse Médoc. Cabernet Sauvignon en Cabernet Franc werden aangeplant op arme stenige bodems, in plaats van Sangiovese, de tot dan toe onbetwistbare heerser in Toscane. Opbrengsten werden bewust laag gehouden, wijnen rijpten in Franse barriques van 225 liter (i.p.v. de toen gebruikelijke Slavonische houten vaten van wel 1000 liter) en met kortere opslagtijden. Deze wijnen konden zich meten met de beste Bordeaux en kregen de naam "Super Tuscans". In de beginjaren moesten ze als "vino da tavola" of "tafelwijn" verkocht worden omdat ze niet voldeden aan de toenmalige richtlijnen van de herkomstbenamingen.

In 1992 kregen de "Super Tuscans" hun eigen IGT statuut en Bolgheri het DOC label in 2011. Het wijndomein Tenuta San Guido van markies Mario Incisa della Rocchetta, de "aanstichter" van de revolutie, werd zelfs vereerd met zijn eigen Bolgheri DOC subgebied: "Sassicaia", de eerste en bekendste Super Tuscan. De markies plantte reeds in 1944 zijn Franse wijnstokken, de eerste Sassicaia  kwam in 1968. In de decennia daarop volgden vele Toscaanse wijnmakers zijn voorbeeld tot het ontstaan van de Super Tuscans.

Invloed was er ook van de "Nieuwe-Wereld" wijnen die opkwamen eind 20ste eeuw: de soepele, fruitige wijnen uit landen zoals de VS, Argentinië, Australië, Nieuw-Zeeland, Chili en Zuid-Afrika. In heel Europa werden hun wijnstijlen en nieuwe technieken enthousiast gekopieerd en de internationale (Franse) rassen werden op grote schaal aangeplant. Zo ook in Italië, maar jammer genoeg ten koste van de autochtone druiven en dikwijls met verlies van de Italiaanse eigenheid of "tipicità".

Toscane: hedendaagse wijnbouw in de 21st eeuw

De laatste decennia beginnen Italiaanse wijnmakers te beseffen dat de Italiaanse wijn zijn unieke karakter voor een deel te danken heeft aan de rijkdom aan autochtone druivenrassen, geen enkel ander land heeft er zoveel! Ook bij wijnliefhebbers buiten Italië groeit de interesse voor verrassende wijnen van minder gebruikelijke druiven. Vandaar de trend om de ooit zo ijverig aangeplante internationale rassen terug te vervangen door autochtone Italiaanse rassen, waardoor deze van uitsterven worden gered. 

Ook in de wijngaard en de wijnkelder wordt er door sommige wijnmakers meer teruggegrepen naar de traditionele technieken. Maar zonder de lessen uit het verleden te vergeten: minder maar beter produceren (minder intens aanplanten, opbrengstbeperking per plant door het wegknippen van onrijpe trossen tijdens het groeiseizoen), verbeterde teelt -en wijntechnieken (aanplanten op grotere hoogte, betere bodemselectie, inox vergistingstanks met temperatuurcontrole,...), hygiënischer werken in wijngaard en wijnkelder...om zuiverdere, frissere wijnen te bekomen.

De in Toscane meest gebruikte druivenrassen zijn:

- voor wit: Trebbiano Toscano, Vermentino, Malvasia, Ansonica, Vernaccia, Pinot Grigio, Chardonnay,...

- voor rood: Sangiovese, Ciliegiolo, Canaiolo, Colorino, Merlot, Cabernet Sauvignon, Cabernet Franc, Syrah...

Er worden vooral stille wijnen gemaakt, waarvan 83% rode wijn en rosé  t.o.v. 17% witte wijnen. 

Trebbiano Toscano

Vermentino

Sangiovese

Ciliegiolo

Het hedendaagse Toscane kan opgesplitst worden in 2 grote wijngebieden: het "klassieke" Toscane en het "nieuwe" of "andere" Toscane.

Het "klassieke" gebied ligt grotendeels in het hart van Toscane, in de provincies Firenze en Siena, de streken met een lange wijngeschiedenis. 

Hier vind je vooral "traditionele" wijnstijlen met typische Toscaanse druivenrassen, zoals Sangiovese, Vernaccia, Trebbiano Toscano. De bekendste voorbeelden zijn de DOCG's Brunello de Montalcino, Chianti Classico, Vino Nobile de Montepulciano en Carmignano voor de rode wijnen en Vernaccia di San Gimignano voor de witte wijnen.

Toscane

Toscane

Het "nieuwe" gebied ligt verspreid over de Toscaanse provincies. Het zijn dikwijls gebieden waar de wijnbouw zich vooral ontwikkelde vanaf de jaren 1970, na het "Super Tuscan" succes. 

Hoewel je hier ook wel "klassieke" wijnen vindt, overheersen vooral de "moderne" of "internationale" wijnstijlen met gebruik van meer internationale druiven (Cabernet Sauvignon, Merlot, Syrah, Chardonnay, Sauvignon Blanc...) al of niet in assemblage met Toscaanse rassen (Sangiovese, Trebbiano Toscano, Vermentino...). Voorbeelden hier zijn de DOCG's Morellino di Scansano, Suvereto en Montecucco Sangiovese of de DOC's van Bolgheri, Maremma Toscana, Sovana, Pitigliano, Orcia, Valdichiana, Cortona...

Maar er is dikwijls ook een wisselwerking tussen het "klassieke" en "nieuwe" Toscane of tussen de "traditionele" en "moderne, internationale" wijnstijl. Enerzijds laten de "nieuwe" wijnen een frisse wind waaien door de traditionele herkomstbenamingen, anderzijds valt men in de "moderne" gebieden soms terug op de beginselen en technieken van de "klassieke" wijnmakers.


Toscane en Cent'Anni

Vergeet even de reeds gekende wijnstreken Chianti, Montalcino, Montepulciano, Bolgheri...

Cent’Anni tilt je wijnbeleving naar een extra niveau en gidst je naar minder gekende Toscaanse streken:

 Maremma,  Montecucco,  Monte Amiata




Toscane

{{ popup_title }}

{{ popup_close_text }}

x